Sta je in de winkel of shop je online en twijfel je tussen Spaanse, Italiaanse of Griekse olijfolie? Je bent niet de enige. Deze drie landen produceren samen het grootste deel van alle olijfolie ter wereld, maar ze smaken allemaal anders. In deze blog leggen we uit wat de verschillen zijn, zodat je weet welke olijfolie het beste bij jou past.
De drie grote olijfolieproducenten
Spanje, Italië en Griekenland zijn verantwoordelijk voor ongeveer 70% van de wereldwijde olijfolieproductie. Elk land heeft zijn eigen klimaat, grondsoort en olijfrassen, wat direct doorwerkt in de smaak en kwaliteit van de olie.
Een belangrijk detail: niet alle olijfolie uit deze landen is extra vierge. Extra vierge olijfolie is de hoogste kwaliteit die er is. Het is direct uit de olijf geperst, zonder verhitting of chemische behandeling. Daardoor blijven alle gezonde stoffen zoals polyfenolen behouden. Reguliere of geraffineerde olijfolie is wel bewerkt en bevat veel minder van deze waardevolle stoffen. Kijk daarom altijd op het etiket of er echt "extra vierge" of "extra virgin" staat.
Je leest er meer over in deze blog: Vierge vs extra vierge olijfolie.
Spaanse olijfolie: mild en toegankelijk
Spanje produceert bijna de helft van alle olijfolie ter wereld. Dat is een enorme hoeveelheid! De meeste Spaanse olijfolie komt uit Andalusië, de zuidelijke regio waar de zon vrijwel het hele jaar schijnt. Daar groeien vooral drie belangrijke olijfrassen: Picual (de meest geteelde), Hojiblanca en Arbequina.
Spaanse olijfolie heeft meestal een milde, fruitige smaak met een zachte afdronk. Het is toegankelijk en veelzijdig in de keuken. Vooral Arbequina olijfolie is populair door zijn zachte, bijna boterachtige smaak zonder bittere nasmaak. De zachte smaak went snel en je kunt hem eigenlijk overal voor gebruiken: door salades, over gegrilde groenten of gewoon met een stuk brood.
Italiaanse olijfolie: complex en krachtig
Italië staat wereldwijd bekend om zijn culinaire traditie, en olijfolie speelt daar een grote rol in. Het land produceert minder volume dan Spanje, maar heeft wel honderden verschillende olijfrassen. Toscaanse olijfolie is wereldberoemd, maar ook uit Ligurië, Umbrië en Sicilië komen prachtige olijfoliën.
Italiaanse olijfolie heeft vaak een krachtiger, kruidiger karakter met een peperige afdronk. Die kriebel in je keel? Dat zijn de polyfenolen aan het werk: stoffen die bijdragen tot de bescherming van bloedlipiden tegen oxidatieve schade*. Italiaanse olie past goed bij gegrilde groenten, vlees en door pastagerechten.
Griekse olijfolie: vol en stevig
Griekenland produceert minder olijfolie dan Spanje en Italië, maar de kwaliteit is vaak uitstekend. Het land heeft duizenden jaren ervaring met olijfteelt en gebruikt vooral de Koroneiki olijf. Deze kleine, maar krachtige olijf groeit vooral op de Peloponnesos en op Kreta.
Griekse olijfolie heeft een robuuste, volle smaak met een fruitige neus en vaak een lichte bitterheid. Die bitterheid komt door de hoge concentratie polyfenolen. Griekse olie is stevig genoeg om te gebruiken bij gegrilde vis, in salades en zelfs om mee te bakken.
Waarom smaakt olijfolie zo verschillend?
De smaak van olijfolie hangt af van meerdere aspecten. Allereerst het olijfras: net zoals verschillende druiven verschillende wijnen maken, geven verschillende olijven verschillende oliën. Ook het klimaat speelt mee: hoeveel zon de olijven krijgen, hoe warm of koud het is en hoeveel regen er valt. Dit alles beïnvloedt de smaak.
Daarnaast maakt het oogsttijdstip veel verschil. Vroeg geoogste olijven (als ze nog groen zijn) geven een krachtigere, groenere olie. Later geoogste olijven (als ze paars of zwart worden) leveren een mildere, zachtere olie op. De producent kiest dus bewust wanneer hij oogst, afhankelijk van welke smaak hij wil bereiken.
Olijfolie uit Sardinië: speciale olijfolie uit de Blue Zones
Sardinië, een eiland midden in de Middellandse Zee, is voor Olivious juist dé plek als het gaat om de beste kwaliteit olijfolie. Het eiland is technisch gezien Italiaans, maar heeft door zijn afgelegen ligging een heel eigen karakter ontwikkeld. Sardinië is een Blue Zone - een van de vijf plekken ter wereld waar mensen aanzienlijk ouder worden dan gemiddeld. Extra vierge olijfolie speelt daar een centrale rol in het dagelijkse menu.
Voor Olivious werken we met Andrea uit Gonnosfanadiga, die olijven teelt van het zeldzame Nera di Gonnos ras. Deze olijven groeien uitstekend in het unieke klimaat van Sardinië: zachte zomers, veel zon, milde winters en mineraalrijke grond. Het resultaat is een olijfolie met een evenwichtige smaak: fruitig maar niet te mild, krachtig maar niet overweldigend.
De olie uit dit specifieke ras bevat van nature veel polyfenolen en heeft een zachte, fruitige basis met een lichte peperachtige noot die perfect in balans is. Door onze unieke formule krijg je alle voordelen van deze pure olijfolie, maar dan met een zachte, romige smaak: geen bittere nasmaak of kriebel in je keel.
Lees hier meer over waarom we voor Sardijnse olijfolie hebben gekozen.
Maximaal profiteren van de voordelen van olijfolie
Wil je elke dag profiteren van de gezondheidsvoordelen van olijfolie? Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat je dan 20 gram extra vierge olijfolie per dag nodig hebt. Precies die hoeveelheid zit in één Olivious olijfshot. Door onze unieke formule krijg je alle voordelen van hoogwaardige Sardijnse olijfolie.
Tot slot
Of je nu kiest voor Spaanse, Italiaanse, Griekse of Sardijnse olijfolie: zorg dat het extra vierge is. Dat is de hoogste kwaliteit met alle gezonde stoffen. Proef verschillende soorten om te ontdekken wat je lekker vindt. En vergeet niet dat de beste olijfolie degene is die je ook echt elke dag gebruikt! Ontdek hier hoe makkelijk je dat volhoudt.
*Goedgekeurde gezondheidsclaim van de EFSA. Het gunstige effect wordt verkregen bij een dagelijkse inname van 20 gram olijfolie.